‘Kanker’, zegt ze en ze wijst naar het modieuze doekje op haar hoofd.
Het duurt even voor ik de vrouw herken die voor me staat. Ik zie mijn man naast me ook haperen. O ja, onze oude buurvrouw.
‘Tjee’, zeg ik en ik breng mijn gezicht in de plooi.
Onder mijn oksel probeer ik de groene plastic envelop weg te stoppen die we net op de kinderpoli hebben opgehaald. Thuis moeten we er poep van Job in stoppen voor onderzoek. Darmdingetje. Terwijl we het ziekenhuis uit liepen maakten we kinderachtige grapjes. Zouden ze het merken als we een drol van onze kater Whiskey in de envelop stopten?
‘Borstkanker’, vervolgt onze oude buurvrouw. ‘Maar ik genees hoor!’
Ze neemt een hijs van haar sigaret. Vertelt dat haar borst wordt geamputeerd. Geeft niks. Op haar 61ste hoeft ze toch niet meer mooi te zijn?
Ik sta met mijn bek vol tanden. Onze lieve oude buurvrouw uit de Kralenstraat heeft kanker. Kanker is heel erg.
‘Ik heb de tijd van mijn leven’, zegt ze dan.
Mijn man schraapt zijn keel. ‘Ehm….’
‘Echt waar. Nu pas merk ik hoe overwerkt ik eigenlijk was. Mijn vrienden staan voor me klaar, collega’s rijden me naar het ziekenhuis. Ik voel me beter dan ooit.’
Aan haar stralende bleke wangen zie ik dat ze het meent.
‘En hoe is het met jullie? Toch niks met Job omdat ik jullie hier tref?’
Ik haal de groene envelop tevoorschijn. Nee, nee. Niks ergs. Darmdingetje.
Een tikkeltje verward wensen we onze oude buurvrouw op de stoep voor het ziekenhuis sterkte. Zij lacht breeduit.
One thought on “Column: Erg”
Reageren is niet (meer) mogelijk.
herkenbaar verhaal denk ik voor veel mensen… mooi dus wel maar ook verdrietig.